Een gebouw dat blijft       Next (right). inhoudsopgave. gebouw.

Hoofdstuk V

 

geweest om geen bedragen te noemen en de gemeenteraad zo

onverstandig om geen maximumbedrag in het contract te

laten zetten. Eventuele meerkosten, zoals de prijsstijging, was

hierdoor voor rekening van de gemeente. Venlo moest alles

betalen én daarenboven bouwen op de manier zoals de regering

dat wilde. De door Venlo betaalde aanbouw werd ook nog

eigendom van het Rijk.


Verzoek aan de Tweede Kamer  Begin juli 1912 had de

gemeenteraad ingestemd met de plannen. Eind oktober

informeerde de raad of er al bericht uit Den Haag was over

de uitbreiding van de HBS. Een raadslid had gezien dat er op de

Staatsbegroting voor 1913 geen post was uitgetrokken voor de

omzetting van de Venlose school in een vijfjarige cursus. Voor

de HBS in Meppel en die in Winterswijk was dat daarentegen

wel gebeurd. Deze twee scholen, met respectievelijk 59 en 62

leerlingen, waren echter maar de helft zo groot als de Venlose

HBS, die 120 leerlingen telde. De gemeenteraad riep burge-

meester en wethouders op tot actie.

Na overleg met dr. Nolens besloot het gemeentebestuur

een brief te richten aan alle leden van de Tweede Kamer.

Ieder kamerlid kreeg een schriftelijke uiteenzetting over de

uitbreidingskwestie en het verzoek de Venlose zaak te

bevorderen. In dit verzoekschrift werd de hele geschiedenis

uitgebreid uit de doeken gedaan. Het gemeentebestuur

verklaarde ernstig teleurgesteld te zijn dat er op de Staats-

begroting voor 1913, ondanks mondelinge toezegging van de

minister, geen gelden voor de Venlose HBS waren opgevoerd.

Waarom Meppel en Winterswijk wel en Venlo niet, vroeg de

gemeenteraad zich af.








Dr. W.H. Nolens in zijn werkkamer te ‘s-Gravenhage

-097-