van de HBS. De HBS was bestemd voor 'hogere' burgers die
werkzaam wilden zijn in staatsdienst, handel en nijverheid.
De driejarige cursus bevatte vooral exacte vakken als: wis-
natuurkunde, biologie, maar ook geschiedenis, aardrijkskunde,
moderne talen en tekenen. Bij de driejarige opleiding werden
nog mechanica, kosmografie, staatsinrichting en handelsweten-
schappen onderwezen. De HBS was echter géén beroeps-
opleiding. De opgedane kennis moest nuttig zijn voor welk
beroep de leerlingen later ook kozen.
Volgens de liberaal Thorbecke moest de rol van de Staat
binnen het Middelbaar Onderwijs beperkt blijven tot het
stichten van een paar modelscholen; nieuwe zouden dan van-
zelf volgen door middel van initiatieven der lagere overheden
en particulieren. Het Rijk wilde uiteindelijk een minimum
aantal verwezenlijken van vijf Hogere Burgerscholen met een
vijfjarige cursus en tien met een driejarige opleiding. Door zelf
het voortouw te nemen, werd tevens een nieuw fenomeen in
het Nederlandse onderwijsstelsel geïntroduceerd: de Staat als
scholenstichter. De uitvoering van de Wet bleef overigens groten-
deels vrij: er waren geen toelatingsexamens, het vakkenpakket
Hoofdstuk I
De Rijks Hogere Burgersehool had een voorganger. Dat was de Hogere Stadsschool die in 1834 van start ging. Venlo was toen nog ommuurd. Gezien vanaf de Hogeschoorweg bood de stad deze aanblik.
Vóór de ommuring lagen de wallen van het fort Ginkel. Daar is thans het Villapark.
Links op de tekening is de Sint-
-