Tevens berekende Van Lokhorst de extra kosten van 'versiering'.
Deze bedroegen volgens hem uiteindelijk f 640,00, ‘een gering
bedrag’. Er werd door hem nog aan toegevoegd dat: 'de stenen
trap en de stenen vloeren in het gebouw zijn gemaakt om de
veiligheid en niet als weelde kunnen worden aangemerkt....’.
Het amendement werd tenslotte met 40 tegen 27 stemmen
verworpen.
Op 8 juli 1887 werd aldus na een lange politieke voor-
bereiding op de voormalige vestingwerken van Venlo een
perceel grond overgedragen van het Departement van
Financiën naar het Departement van Binnenlandse Zaken.
De voorgevel en doorsnede van de Rijks-
Hoofdstuk III
-